Terug naar news overzicht

Business for good: de nieuwe ondernemer kijkt verder dan zijn eigen portemonnee | NPM Capital

Nieuws
Datum
27 juli 2018
Business for good: de nieuwe ondernemer kijkt verder dan zijn eigen portemonnee | NPM Capital

Nog geen tien jaar geleden lieten ondernemingen zich erop voorstaan ‘maatschappelijk verantwoord te ondernemen’. Vandaag de dag is dat eerder een vanzelfsprekendheid en verleggen steeds meer bedrijven hun ambities. Zij ontwikkelen businessmodellen die marktrendement koppelen aan een positieve maatschappelijke en/of ecologische impact. Heeft de Social Enterprise de toekomst en hoe ziet die eruit? Een verkenning.

Enige tijd geleden won de Eindhovense ondernemer en wetenschapper Jalila Essaïdi de Global Change Award van modeketen Hennes & Mauritz voor haar 'Mestic' collectie: twaalf jurken, alle gemaakt van koeienmest. Het bijbehorende geldbedrag – 150.000 dollar – stopt ze in de verdere ontwikkeling van haar bedrijf Inspidere BV.

Voor Harry Hummels, hoogleraar Social Entrepreneurship aan de Utrecht University School of Economics, is Essaïdi het prototype van een nieuw soort ondernemer. Iemand die radicaal durft om te denken en de oplossing voor een maatschappelijk probleem in een ondernemend businessmodel weet te gieten. “Mest is in haar ogen geen kostenpost voor veehouders, maar juist een manier om extra omzet te behalen. Met natuurlijk het pluspunt dat het beter is voor het milieu”, zegt Hummels. “En hoewel dit project nog in de beginfase zit, is ze ondernemer genoeg om er een succes van te maken. Ik denk dat we over een paar jaar de eerste commerciële mestproductie op industriële schaal zullen zien.”

Hummels omschrijft het fenomeen Social Enterpreneurship als ‘de innovatieve inzet van bedrijfsmiddelen voor een duurzame productie en distributie van goederen en diensten, met als doel in een maatschappelijke behoefte te voorzien of een maatschappelijk probleem op te lossen’. Hij zegt: “Dat laatste is wel essentieel: niet elke dienst die voorziet in een menselijke behoefte, voorziet in een maatschappelijke basisbehoefte. Sommige daarvan zijn min of meer universeel – schoon water, schone lucht, gezond en voldoende voedsel, de mogelijkheid je te ontwikkelen enzovoorts – sommige verschillen van samenleving tot samenleving. In Nederland is arbeidsmarktparticipatie bijvoorbeeld een maatschappelijke basisbehoefte, maar in veel Afrikaanse landen geldt dat niet. Ik definieer het zelf het liefst als producten of diensten zonder welke je de facto geen menswaardig bestaan kunt leiden.”

Het aantal Social Enterprises – het best te vertalen als maatschappelijke ondernemingen – groeit hard. Wereldwijd, maar ook in Nederland. Uit het in 2016 verschenen McKinsey-rapport ‘Scaling the impact of the social enterprise sector’ blijkt dat het aantal ondernemers dat een maatschappelijk probleem als vertrekpunt voor de eigen business neemt, de afgelopen jaren met ruim zeventig procent is gegroeid. Daarnaast zijn er 25 duizend banen in de sector bij gekomen. De omzet nam tevens gestaag toe: van 2 miljard in 2010 naar 3,5 miljard euro in 2015.

Vier eigenschappen

Kortom, er is dus kennelijk écht iets aan het verschuiven. Dat lijkt ook de conclusie van journaliste Nadine Maarhuis, die afgelopen zomer voor het platform voor onderzoeksjournalistiek Follow the Money onderzoek deed naar de opkomst van het ‘Triple Bottom Line’ ondernemen (mens, planeet en winst). Aan de hand van een flink aantal gesprekken concludeert ze dat dit soort nieuwe ondernemers een viertal eigenschappen met elkaar gemeen hebben. Kort samengevat:

1. Ze doen niet aan ‘greenwashing’
Voor echte sociaal ondernemers zijn begrippen als betekenisvol, impact, groen en duurzaam geen modieuze kreten, marketing-gimmicks of ‘clickbaits van millennials die geen echte baan kunnen vinden’, zoals Maarhuis het formuleert. Ze zijn niet alleen op vrijdagnamiddag bezig met sociaal ondernemen en laten hun ethische principes niet varen als dat financieel even beter uitkomt.

2. Ze gebruiken de winst grotendeels om de impact te vergroten
Bij sociaal ondernemers staan de financiële doelen in dienst van het vergroten van de maatschappelijke of ecologische impact. Het grootste gedeelte van de winst vloeit dus terug in de onderneming. Winstneming door eventuele aandeelhouders is daardoor ‘beperkt’.

3. Ze zijn transparant over wat ze doen en hoe ze het doen
Sociale ondernemers zijn open over hun missie en hoe ze die willen bereiken, alsmede over hun interne bedrijfsvoering en hun financiële businessmodel.

4. Ze zijn niet bang om innovaties te delen of decentraal te groeien
Sociaal ondernemers kijken naar de stip op de horizon. Ze zijn daarom relatie-gedreven en moedigen concurrentie aan: hoe meer bedrijven een bepaald maatschappelijk probleem aanpakken, hoe beter. De toekomst gaat om sharing en het delen van kennis en resources, in plaats van ownership.

Hummels is het daar in grote lijnen mee eens, maar vindt een vijfde eigenschap minstens zo belangrijk: er moet sprake zijn van een echte ondernemersdrive. “Met goede intenties, hoe nobel ook, schiet je niet zoveel op”, zegt hij. “Zolang er permanent subsidie bij moet, is het geen maatschappelijke onderneming. Er moet impact worden gerealiseerd, maar er moet ook gewoon geld worden verdiend.”

NPM - Sfeer - 173 - clara tafel

Word lid van onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van de meest relevante updates