Categorie:
|
Datum:
|
De pandemie heeft geleid tot een enorme versnelling van de digitalisering van de maatschappij. Dat geldt niet in de minste plaats voor het lager en voortgezet onderwijs, waar ‘digitaal leren’ in korte tijd het nieuwe normaal lijkt te zijn geworden. Maar zeker voor jonge kinderen blijft een bevoegde leerkracht de meest aangewezen weg voor intellectuele en met name sociaal-emotionele ontwikkeling, zegt Serge Bueters van Futurewhiz, de ontwikkelaar van oefenplatformen voor het onderwijs.
De eerste lockdown heeft een enorme impact gehad op het onderwijs. Er ontstonden al snel leerachterstanden, kinderen uit zwakkere sociale milieus ‘verdwenen’ van de radar van docenten en ouders raakten overbelast. Hoe is de situatie nu?
“Het afgelopen jaar is één groot experiment geweest in het digitaliseren van onderwijs. Er zijn dingen goed gegaan en er zijn ook dingen minder goed gegaan. Maar al met al hebben onderwijsinstellingen heel snel geschakeld en veel geleerd over wat werkt en wat niet. Tijdens de eerste lockdown vanaf maart 2020 kwam er heel veel op het bordje van de ouders – daar kan ik zelf over meepraten met vier schoolgaande kinderen. Mijn indruk is dat die druk tijdens de tweede lockdown in het najaar al een stuk minder hoog was. Dat Nederland in Europees verband vooroploopt met digitaal onderwijs heeft daarbij zeker geholpen. Maar dat gezegd hebbende is de situatie natuurlijk verre van ideaal. Zeker voor kinderen op de basisschool is onderwijs op school door een bevoegde leerkracht de beste garantie voor hun ontwikkeling. Het ‘gebouw’ zal ook in de toekomst heel belangrijk blijven als veilige plek voor kinderen om te leren, en ook voor de rol van de leerkracht. Als je het hebt over leerachterstanden, dan zijn die ontstaan omdat leerkrachten langere tijd niet een-op-een kennis hebben kunnen overbrengen. Wat online heel goed kan is oefenen – precies dat waarop wij ons met Squla richten. Maar oefenboekjes digitaliseren is iets anders dan de echte instructie waarbij een leerkracht daadwerkelijk kennis overdraagt, laat staan de onderlinge interactie in de klas.”
Er was ook voor corona al sprake van een structureel leerkrachtentekort. Zou dat tekort weggewerkt kunnen worden als we meer inzetten op digitaal onderwijs?
“Het leerkrachtentekort is een uitdrukking van het gegeven dat de manier waarop wij ons onderwijs aan kinderen en jongeren hebben ingericht niet meer van deze tijd is. En dan bedoel ik klassikaal onderwijs, waarbij ieder kind door min of meer dezelfde mal wordt gedrukt en aan een bepaalde norm moet voldoen voordat hij doorstroomt naar een volgende klas. Die vorm van onderwijs is erg arbeidsintensief – in de zin dat je er heel veel goed opgeleide leerkrachten voor nodig hebt – en het werkt ook het beste bij een homogene klas. En op dit moment zijn wij als maatschappij niet in staat dit type onderwijs efficiënt te organiseren en te bekostigen. Daarin schuilt een ideologisch probleem. Want als scholen dat probleem ‘op te lossen’ door een extra ‘vrijwillige’ bijdrage van ouders te vragen, is het gevaar dat je van een puur publiek stelsel afglijdt naar een Engels systeem met privéscholen en publieke scholen. Hier ben ik bepaald geen voorstander van. Ik denk dus dat de oorzaken van het leerkrachtentekort dieper zitten, en dat méér digitaal onderwijs alleen niet de oplossing is. Althans niet in het basisonderwijs. In het middelbaar onderwijs ligt dat iets anders, omdat daar sowieso al meer zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid van jongeren wordt gevraagd. Daar kun je, denken wij, de rol van de docent heel goed ondersteunen met online instructie. Daar zit bij Futurewhiz op dit moment ook de meeste innovatie: we zijn ons platform WRTS voor de middelbare scholen aan het ombouwen tot een veel rijker product.”
Wat moeten we daar precies onder verstaan?
“We zijn bezig met ontwikkelen van ‘learning loops’, waarbij we kinderen helpen onderwijsstof te begrijpen, te oefenen, en ze met additionele instructies voor te bereiden op een toets of te helpen met huiswerk. In korte filmpjes leggen bevoegde docenten bepaalde onderwerpen uit, waarna leerlingen een diagnostische toets krijgen om te zien of ze het begrepen hebben en of er eventuele verdieping nodig is. Ter verdere ondersteuning is er een chatfunctie, waarmee de leerlingen vragen kunnen stellen aan ons docententeam. En sinds kort kunnen ze ook via een live videoverbinding vragen stellen. Op deze manier heeft een leerling toegang tot broodnodige extra ondersteuning die niet altijd door docent, school of ouder geboden kan worden op het moment dat ze het nodig hebben. We bouwen dit stapsgewijs uit: we doen dit nu voor zes vakken in het eerste jaar van het middelbaar onderwijs vwo/havo, zijn inmiddels het tweede jaar erbij aan het nemen en ook gaan we starten voor het vmbo. Het mooie is dat je een dergelijk product relatief goedkoop kunt aanbieden, zeker als je het afzet tegen de tarieven van de traditionele huiswerkbegeleiders en bijlesdocenten.”
Het businessmodel van Squla en WRTS is een abonnementsvorm voor de ouders – scholen mogen de platforms gratis gebruiken. Ontstaat er zo niet het risico dat kinderen van ouders die z’n abonnement wel kunnen betalen een voorsprong krijgen op kinderen van ouders die zo’n abonnement niet kunnen betalen?
“Zoals gezegd: de financiële drempel is met nog geen acht euro per maand relatief laag voor ouders. En daarbij is het ook niet onze ambitie om de reguliere docent te vervangen, maar te ondersteunen. Die houdt meer tijd over voor de zwakkere leerlingen als de sterkere zichzelf beter kunnen redden. Bovendien werken we samen met partijen als het Jeugdeducatiefonds en Stichting Leergeld, zodat kinderen waarvan de ouders het niet kunnen betalen gratis toegang hebben tot onze platforms. Maar goed, je kunt inderdaad niet alles opvangen: in een arm gezin waar maar één oude laptop beschikbaar is voor vier kinderen, is digitaal onderwijs verre van de oplossing. Datzelfde geldt voor gebieden waar geen snel internet beschikbaar is – we zijn ook actief in Duitsland en Polen en daar zie je zeker nog een tweedeling tussen de grote steden en het platteland. Polen is al bijna een jaar helemaal overgeschakeld op online-onderwijs, maar niet iedereen kan daarvan profiteren. Overigens is Squla voor docenten gratis te gebruiken in de klas. We hebben dit tijdens de lockdowns ook gratis beschikbaar gesteld als docenten dit wilde inzetten voor thuisonderwijs. Desondanks hebben we gezien dat kinderen uit sociaaleconomisch zwakkere milieus er minder gebruik van maakten dan kinderen uit de midden- en bovenklasse. En dat heeft dan weer te maken met de infrastructuur en betrokkenheid van de ouders. Als die het belang van goed onderwijs minder inzien, staan ook wij met lege handen. Onder meer om die reden denk ik dat we niet zonder scholen en docenten kunnen. Onderwijs zonder docenten is een fictie.”
Er klinkt nog wel eens kritiek op het feit dat samen met de online ‘oplossingen’ ook de techbedrijven als leverancier de scholen zijn binnengekomen. Hoe kijk jij tegen de mogelijkheid van een eenzijdige afhankelijkheid en eventueel misbruik van die positie aan? Is dat iets wat we moeten bewaken met z'n allen? Of is dit iets wat je aan de vrije markt moet overlaten?
“Het voordeel van scholen is dat zij een natuurlijke hekel aan monopolisten hebben. Ik denk dat bij een te grote afhankelijkheid van één systeem van één leverancier, zij vanzelf voor concurrerende systemen zullen kiezen. Voor onze producten speelt dit sowieso niet, want wij hebben geen betaalde relatie met scholen, maar met ouders. Docenten mogen onze oefenplatforms gratis gebruiken in de klas, het enige dat we vragen is af en toe feedback zodat we het product beter kunnen maken. Dus wij vallen een beetje buiten die discussie. Maar ik maak we wel enige zorgen over de Google Classrooms en de Microsofts Teams van deze wereld. Half Nederland heeft op Google Classroom gedraaid, maar niemand hoefde er iets voor te betalen. Dat kan op termijn natuurlijk geen blijvende optie zijn, dus ik denk wel dat er Europese wetgeving moet komen om de privacy van docenten en leerlingen, alsmede de integriteit van schooldata te beschermen. Dit is absoluut iets om in de gaten te houden.”
Lees ook: Futurewhiz, moederbedrijf van wrts en squla, komt in handen van NPM Capital